Amerikaanse wetenschappers zijn erin geslaagd om met kunstmatige baarmoeder zes lammetjesfoetussen gezond en wel ter wereld te brengen. Dat opent perspectieven voor menselijke vroeggeboortes. Elk jaar komt in Vlaanderen zo’n zeven procent van de baby’s te vroeg ter wereld. De wetenschap is vandaag in staat om prematuurtjes die na amper 26 weken (6 maanden) zwangerschap ter wereld komen, in leven te houden - vaak met maanden in een couveuse. Daar kunnen hun onvoldoende ontwikkelde organen nog wat verder ‘rijpen’, maar dat blijft een verhoogd gezondheidsrisico inhouden.
Voor een ideale ontwikkeling is en blijft een volwaardige zwangerschap de beste optie. Dat staat natuurlijk haaks op een vroeggeboorte. Maar enkele Amerikaanse wetenschappers hebben wat dat betreft een belangrijke doorbraak bereikt.
Voor een studie die dinsdag in Nature gepubliceerd werd brachten de wetenschappers zes lammetjes met een keizersnee ter wereld op een equivalent ogenblik als een menselijke foetus op 23 à 24 weken. Meteen nadien werden de foetussen in een kunstmatige, met vloeistof gevulde baarmoeder gestoken. En daar bleken ze volledig verder tot ontwikkeling te kunnen komen - een jaar na de finale geboorte lijken het perfect gezonde lammeren te zijn.
Het team had drie jaar nodig om een kunstmatige baarmoeder te ontwikkelen die alle functies van een echte baarmoeder imiteert. Het zou nog eens tien jaar kunnen duren alvorens men in staat is om een baarmoeder te ontwikkelen met de functies van een menselijke variant, maar dan is het wel degelijk de bedoeling om vroeggeborenen drastisch meer levenskansen te kunnen geven.
