Waarom giftige dieren zichzelf niet vergiftigen

    In de wouden van Nieuw-Guinea leeft een vogeltje met een dodelijk geheim. Het diertje heet de bergpitohui en zijn oranje-zwarte verenkleed is bedekt met gif. Alleen al het aanraken van de veren van een bergpitohui is genoeg om je het gevoel te geven dat je handen in brand staan. Maar als een beetje van het gif wordt ingeslikt, kan dit tot verlamming en soms zelfs de dood leiden.

    Je kunt deze gifstoffen beschouwen als een soort natuurlijke medicijnen. Het zijn bestanddelen waarmee prooidieren zichzelf beschermen tegen roofdieren. Het gif geeft het roofdier een onaangenaam gevoel of doodt het zelfs.

    Wetenschappers denken dat de bergpitohui niet zijn eigen gifstoffen produceert maar ze krijgt uit de kleine kevers waarop hij jaagt. Vermoedt wordt dat hetzelfde mechanisme ook van toepassing is op de pijlgifkikkers van Midden- en Zuid-Amerika.

    Dat alles roept de vraag op waarom giftige dieren als de bergpitohui zichzelf niet vergiftigen? In een studie dragen onderzoekers bewijzen aan voor de stelling dat bergpitohui’s en gifkikkers over zogenaamde ‘gifsponzen’ beschikken, eiwitten waarmee ze de dodelijke gifstoffen kunnen absorberen voordat deze schade aanrichten.

     

    Lees meer op: https://www.nationalgeographic.nl/waarom-giftige-dieren-zichzelf-niet-vergiftigen

    ©2024 Natuur en Wetenchap vzw All Rights Reserved.